Over backwards compatibility gesproken.... ik heb medelijden met de archeologen van de toekomst. Het is misschien beter voor hen dat als ze vrouwelijk schoon op de werkvloer rond het IJselmeer behoeven net als Piet Paaltjens terecht komen in Oud Staverden: Hoelang de gezonken poëet wel Bewustloos gelegen heeft, Dat zou ik niet kunnen zeggen. Genoeg, - de man herleeft. Hij heft de gevoelvolle blikken, Maar twijfelt schier aan hun trouw; Vlak toch tegenover zich ziet hij Een wonderschone vrouw. Haar gitzwarte lokken golven Langs een voorhoofd van elpenbeen Over leliewitte schouders En een sneeuwblanken boezem heen. Haar wenkbrauwen buigen zich prachtig Boven oogen van lazuur, Beschaduwd door zware wimpers En tintlend van prettig vuur. Een neusje, Venus waardig, Scheidt haar wangen, wier zachte gloed De rozen beschaamt, maar voor 't blosje Van haar lipjes nog tanen moet. Ivoren tandjes glinstren, Zoo vaak haar mondje lacht; En de mollige kin bergt een kuiltje, Dat stil naar een kusje smacht.